"Komt dít uit jóuw tuin? Heb je dit zélf gekweekt? Wat heb je veel courgettes! " Mijn collega's kijken me ongelovig aan. Op mijn bureau heb ik mijn waren uitgestald: Twintig courgettes in diverse formaten, variërend van normaal tot angstaanjagend groot.
Ja, dames en heren! Neem maar lekker mee naar huis! Dit heb ik helemaal zélf gezaaid en uit de grond gekeken. Ik! Die sufferd die normaal gesproken hele dagen naar haar beeldscherm staart! Die amper buiten komt! Als ik hen was zou ik mezelf ook niet geloven. Maar het is toch echt zo: Ik heb een moestuin. Sinds 1 januari huur ik een lap grond van 120 vierkante meter van onze lokale Volkstuindersvereniging. Zomaar ineens had ik de behoefte aan een tuin. Nooit een tuin gehad, nooit een tuin gemist. En opeens wilde ik NU een tuin! Een tuin met groenten en bloemen en beestjes en weet ik veel wat nog meer. Het zal wel een midlifecrisis zijn. (ik ben 40)

Overwinteren

In de wintermaanden las ik anderhalf boekje over het beginnen en onderhouden van een moestuin en in een bui van grove zelfoverschatting bestelde ik een bizarre hoeveelheid buitenissige zaden, moeilijke dahlia-knollen en 250 (!!) bloembollen. Plus een paar tripjes naar het tuincentrum om wat gereedschap te kopen en hopsakeetje: Ik was er klaar voor. Vond ik zelf. Natuurlijk, er waren veel mensen die zich afvroegen of dit nou wel zo'n slim plan was. En ze hadden ook wel een punt: Ik heb een gezin, ik werk vijf/zes dagen per week en ik had nul ervaring met tuinieren. Dat bleek al tijdens die eerste wintermaanden: De tuin moest nog uitgebreid omgespit worden. En ik had nog nooit gespit. Nou, dat heb ik geweten: Ik heb er zo'n zes weken over gedaan. Overal klonten dikke klei en stronken onkruid en vergeten aardappelen van de vorige huurder. Soms zakte ik tot aan m'n oksels weg in de blubber. Vaak huilde ik van de spierpijn in mijn achterwerk, of de doffe pijn in mijn onderrug. Meestal (want het was best een lekker mild wintertje) genoot ik van het bleke zonnetje op mijn gezicht. Volledig verfrist (mentaal dan) kwam ik dan totaal bemodderd thuis. Toen had de tuin mijn hart al gestolen. Maar echt!

Bezorgd

Daarna begon het zaaien, planten en piekeren. Want dat doe je, als beginnend tuinder. Je maakt je verschrikkelijk zorgen! Waarom groeit dit niet, hoe diep moet dat in de grond, wat voor kevertjes zijn dit, is dat schimmel of iets anders, kan ik ooit nog wel op vakantie, wanneer kan ik dit of dat oogsten, waarom gaat het onkruid zo hard -wacht eens even, ís dit eigenlijk wel onkruid? Opeens moest ik ook dingen bouwen: Stellages waartegen de bonen kunnen groeien. Hekwerken om vogels te weren, dat soort dingen. Ik zette een plastic kas in elkaar. Ik groef geulen om er wandelpaadjes van te maken. Ik kocht een hele grote dikke rubberen hamer om stokken de grond in te jassen. Ik peuterde een dode merel uit een net. Ik maakte een groot gat achter m'n schuurtje om er tuinafval in te gooien. Ik stutte de artisjok.

Vrouwenwerk

Normaal gesproken zou ik dit soort werkzaamheden nooit uitvoeren, onder de noemer: 'dat is mannenwerk', maar de mannen in mijn leven (partner, vader) kijken liever thuis op de bank naar het wielrennen. En tja, dan moet je als selectief geëmancipeerde vrouw toch echt zelf aan de bak. En dat is best goed voor je zelfvertrouwen. (slecht voor je nagels, dat wel) Want mijn tuin groeide en groeide en groeide. Het werd werkelijk prachtig. En ook redelijk zoals ik het van te voren bedacht had. Hier een speelgedeelte voor mijn dochter, daar een rand met allerlei bloemen, hier een veld kool, daar een stukje gras, hier een kasje met tomaten, links de erwten en de peulen, rechts de uien, een stukje verderop de worteltjes en de tuinbonen… De oogst viel zowaar niet tegen. Sterker nog, al snel had ik een enorme berg groente en fruit tot mijn beschikking! Meer dan ik ooit op zou kunnen eten.

Courgette Overload

Vooral de krankzinnige hoeveelheid courgettes deed me duizelen. Tip: Zaai gewoon 1 courgetteplant, in plaats van 9, zoals ik met mijn domme beginnershoofd deed. Als je bedenkt dat elke courgetteplant wel 30 vruchten geeft kun je je misschien voorstellen wat voor courgette-tsunami er op me af kwam deze zomer. En wat doe je dan met al die grote groene knotsen? Het antwoord: Weggeven. Aan familie, vrienden, buren, collega’s, wildvreemde voorbijgangers. Want iedereen is dol op gratis, onbespoten eten uit eigen tuin! En je scoort er dikke karma-punten mee. Hoewel ik inmiddels moet gaan uitkijken dat ik niet de boeken in ga als het Gekke Gulle Groentenvrouwtje.
Al met al is mijn eerste moestuinjaar me bijzonder goed bevallen. Het kost veel tijd en inspanning, maar het is ook heerlijk om zoveel buiten te zijn en in de grond te wroeten. Het koken met eigen groenten is leuk, het weggeven is leuk en ik heb elke week verse bloemen in huis. En dat zonder enige ervaring met tuinieren! Ik wil maar zeggen: Als ík het kan, kan iedereen dit. Ik kan het van harte aanbevelen. Maar zaai alsjeblieft niet zoveel courgettes als ik. Doe dát vooral niet.